top of page

Hollandse nuchterheid

Gezellig winkelen tijdens de uitverkoop en ondertussen lekker een rookworst van de HEMA opsmikkelen. Vergezeld door het bekende deuntje van Jan Smit dat uit het draaiorgel riedelt. Lekker een bakkie doen bij de buren en samen klagen over het slechte weer. De bloembollen komen niet uit en de tulpen hangen er maar treurig bij. Een dagje vissen met opa en oma, uren in de file staan en de krentenbollen zitten al gesmeerd in de tas. Ook op vakantie kun je er niet aan ontkomen, de luidruchtigheid is onmisbaar, het eten is te duur en een kroket van Janet gaat er dan prima in. Inderdaad, een typisch gevalletje van Nederland. Ons kleine nuchtere kikkerlandje, dat met al haar rare gewoontes toch haar charmes weet te behouden. De toeristen zijn er dol op, maar wij Hollanders? Wij houden ervan!


Bittergarnituur, stamppotten, kaas, drop, hagelslag en stroopwafels. Koninginnedag, de vierdaagse, rommelmarkten en Sinterklaas. Tulpen, molens, klompen, nederwiet en Amsterdam. We kennen het allemaal en iedereen doet er dan ook volop aan mee. Niets is te gek en geen feest is teveel. We kunnen wel blijven zeuren dat ze in Amerika echt denken dat we als een stel idioten op klompen rondlopen, in molens wonen en dagenlang blowen, maar zo gek is dat nog niet eens. Nederlanders zijn eigenlijk ook maar rare mensen met rare gewoontes. De rare gewoontes die voor ons niets minder dan normaal zijn.


Van iedere groente die te prakken valt maken we een stamppot en in plaats van het geven van een of twee zoenen moeten wij het weer overtreffen met drie. Blowen is hier gewoon toegestaan en de prostituees staan in Amsterdam voor het raam. We achten dat alles en iedereen op tijd komt en gebeurd dit niet (NS) dan barst het geklaag er weer vol op los. Verder zijn we best een gezellig volk. Het land ziet ieder jaar weer knal oranje op Koninginnedag en we vieren zelfs een soort van tweede kerstmis om zo meer cadeaus en zoetigheid te innen.



Iets wat voor ons dood gewoon is, is voor een toerist een wereld van verschil. We hebben ons gekke taaltje, we zijn een vrij land, we kennen geen bergen en we zijn nauwelijks te vinden op de wereldkaart. Al met al zijn we een raar volk. Een raar volk om van te houden. Want zo’n klein landje, met zoveel inwoners en zoveel succes, dat is toch best iets om trots op te zijn.

bottom of page